Kwartierstaat Cox-Mooren

WELKOM BIJ DE KWARTIERSTAAT

COX-MOOREN

De kwartierstaat Cox-Mooren doet onderzoek naar de oorsprong van voornoemde families. Deze is tot vele eeuwen terug stevig gecentreerd in en rondom het kleine Maasniel, dat volgens de overlevering al in het jaar 898 deel uitmaakte van een schenking van Pepijn van Herstal.
Vooral de Cox-voorouders zijn steeds weer terug te vinden op de akkers rondom Maasniel, Asenray en het Spick. Voorouders van de Mooren-kant komen uit diverse dorpen in een iets grotere straal rondom Roermond, maar zijn later ook neergestreken in Maasniel. De enige stroming met de oorsprong buiten deze regio en aldus vreemde eend in de bijt is de Slijkerman-tak, die in 1908 vanuit het destijds verre Noord-Holland naar de akkers rondom Maasniel trok en zich enkele jaren later met al haar voorouders in deze verder volledig Limburgse kwartierstaat invoegde.

Maasniel... de naam 'Nieol' duikt in het jaar 943 voor het eerst in een document van Balderik, bisschop van Utrecht, op. In 1298 behoort het kerspel (parochiegemeenschap) tot het dekenaat Wassenberg in het bisdom Luik. In de 13de eeuw waren de heren van Cuyk heren van Maasniel. Daarna viel de heerlijkheid Maasniel onder de heerlijkheid Daelenbroeck, genoemd naar het gelijknamige Slot Daelenbroeck. Sinds 1702 was het Staats gebied en in 1716 werd het een onderdeel van van de Oostenrijkse Nederlanden. In 1796 is het dorp een Franse 'commune', een onderdeel van Departement Nedermaas en het kanton Roermond, om vervolgens in 1815 een gemeente in het Koninkrijk der Nederlanden te worden. Van 1830 tot 1839 behoorde het zelfs nog even tot het opstandige België. In 1959 wordt Maasniel geannexeerd door Roermond, maar het behoudt sindsdien nog steeds haar eigen, dorpse identiteit.